Sebastian Vettel mag dan de zeges aaneen rijgen, Jenson Button mag dan een sterk seizoen rijden, Fernando Alonso mag dan de Ferrari-fans in vervoering brengen en Mark Webber mag dan in ‘s werelds snelste wagen opvallend onopvallend zijn rondjes rijden: over niemand wordt zoveel gesproken als over Lewis Hamilton. Je vindt hem de beste racer van het veld of je vindt hem een ongeleid projectiel. Een tussenweg lijkt er niet te zijn. En hoe het ook zij, Hamilton is aan een opmerkelijk seizoen bezig met enkele hoge pieken maar met ook diepe, metersdiepe dalen. Kraters bijna.

In China bijvoorbeeld raasde de Brit naar één van de mooiste zeges uit zijn loopbaan. En ook op de Nurburgring wist hij knap te winnen. Maar dezelfde Hamilton die in China nog zo glorieus won, kleunde totaal onnodig in de Belgische vangrails na een eigenlijk al geslaagde inhaalactie op Kamui Kobayashi, vergooide zijn winstkansen in het regenachtige Hongarije door een wilde pirouette en elimineerde Felipe Massa’s kansen door een matig uitgevoerd actie in de hairpin van Monaco. Ook na de race in Singapore, waar Hamilton met zijn voorvleugel het rubber onder Massa’s Ferrari zorgvuldig opensneed, kunnen fanatieke forummers weer vele pagina’s vullen met talloze meningen over Hamilton‘s agressieve rijstijl. Zoals gezegd: je vindt hem de beste racer van het veld of je vindt hem een ongeleid projectiel. De man van de wedstrijd of een complete paardenlul. Wie het weet mag het zeggen.

Als ik al mijn amateur-psychologische krachten erop los mag laten denk ik dat zijn matige seizoen vooral een mentale kwestie is. Als je van jongs af aan alleen maar opgehemeld wordt, al in je eerste jaar Fernando Alonso in gelijk materiaal kan verslaan en in je tweede jaar al wereldkampioen wordt, dan is het moeilijk omgaan met tegenslagen. En die tegenslagen komen vroeg of laat altijd. Al drie jaar lang heeft Hamilton geen serieuze kans op de titel. Al drie jaar lang moet McLaren zijn meerdere erkennen in jonge teams als Brawn en Red Bull. Al drie jaar lang moet Lewis Hamilton het doen met kruimeltjes die anderen laten vallen. En daar kan hij maar matig mee omgaan.

Natuurlijk, ook Jenson Button zit in die situatie. Maar Button komt heel ergens anders vandaan. Aanvankelijk werd ook hij aangemerkt als ‘best new thing’, maar na jarenlang in rammelbakken te hebben gereden waarin geen eer te behalen viel, is Button’s ziel inmiddels bedolven onder een dikke laag eelt. De kruimels waar Hamilton en Button het mee moeten doen kunnen de verwende Lewis niet eens lichtelijk opwinden maar zullen voor Button dan ook bijna orgastisch aanvoelen. Vooraan meestrijden en af en toe zegevieren is voor hem een nooit meer gedachte weelde. Een beloning voor jarenlang knokken om plek 14 of 15. Button komt van een plek op de startgrid die Lewis Hamilton alleen van horen zeggen kent. Dát is het verschil.

En als dan ook nog eens mopperende collega’s klagen over zijn rijstijl, chagrijnige oud-wereldkampioenen uit Oostenrijk oreren dat hij ooit nog eens iemand dood zal gaan rijden en er wereldwijd een -wat overdreven- spervuur van kritiek op hem afgevuurd wordt, dan kan het niet anders of het gaat in Lewis’ hoofd zitten. Hij kan er niet mee omgaan, dát is het probleem. Lewis Hamilton moet helemaal niet twijfelen aan zichzelf. Hij kan in het juiste materiaal van iedereen winnen. Sebastian Vettel lijkt hem dan wel te overvleugelen, maar Hamilton moet beseffen dat niet híj wordt overvleugeld door Vettel, maar dat het zijn team is dat het momenteel af moet leggen tegen Red Bull. Hij moet simpelweg beseffen dat hij niet voor niets altijd zo opgehemeld is geweest door iedereen. Dat komt puur en alleen door zijn uitzonderlijke talent. En juist dat uitzonderlijke talent zal Lewis Hamilton uiteindelijk weer terug duwen in de richting van nieuwe, grootse successen. Want talent overwint altijd.

Het andere wonderkind, Sebastian Vettel, bewees dit weekend maar weer eens dat talent inderdaad altijd overwint. Hij mocht zijn inmiddels zo gehate wijsvingertje weer priemend en irriterend de lucht insteken na wéér een pole en wéér een zege. Door de tweede plek van Button komt de Duitser voorlopig net één enkel puntje tekort voor een tweede wereldtitel, maar het is slechts uitstel van executie. In Suzuka kan de nog altijd piepjonge Duitser zijn palmares verder aanvullen. Gezien zijn leeftijd kun je je af gaan vragen of de onaantastbaar lijkende records van Michael Schumacher wel daadwerkelijk zo onaantastbaar zijn.

Verder was het de race in Singapore zoals je van een circuit met een overdaad aan trage bochten kunt verwachten: niet heel verheffend. Door de inhaalacties van Hamilton na diens touché met Massa bleef de wedstrijd nog wel verwijderd van een saaie processie, maar er werd teveel gebruik gemaakt van DRS om er een écht boeiende race van te maken. Logisch ook. De schittering van de flonkerende lichtjes langs het door de metropool heen slingerende asfalt kunnen nou eenmaal niet verbloemen dat het circuit feitelijk totaal ongeschikt is voor races. En dan is DRS al snel de enige optie.

Voor Michael Schumacher eindigde de race met een harde klap in de boarding. Als een beginner liet de zevenvoudig wereldkampioen zich verrassen door Sergio Perez die volgens de Duitser iets te vroeg remde. Schumacher werd gelanceerd, bewonderde heel even de Singaporese skyline, stuiterde terug op het asfalt en boorde zijn neus in de vangrails. Einde verhaal voor de man die twee weken terug nog alle lof oogstte in Monza. Het kan verkeren. Paul di Resta had een veel leukere middag. Door een aparte strategie en een goede race-pace gleed de jonge Schot voortvarend door de verlichte straten en zag zijn uitstekende prestatie beloond worden met een prima vijfde stek.

Een paar plekken daarachter kwam een zuchtende en steunende Felipe Massa ploeterend over de finish, stapte uit, rende richting de eerste de beste microfoon en spuwde zijn gal over het onrecht wat hem was aangedaan door Lewis Hamilton. Like I told you before, he cannot use his mind, fulmineerde de kleine Braziliaan. En ja, enig punt had hij wel. Hij was immers volkomen onschuldig aan de botsing. Maar waar Hamilton uiteindelijk met het stuur tussen zijn tanden terug naar een uiteindelijke vijfde plek raasde, werd er van Massa na de clash met Hamilton niets meer vernomen. Felipe Massa blijft een prima rijder, maar ook eentje die zelfs na al die jaren maar niet lijkt om te kunnen gaan met tegenslagen in een wedstrijd.

Daarmee is alles wel weer gezegd over de Grand Prix van Singapore. Sebastian Vettel kan voor de aanstaande race in Japan alvast een passende gouden helm uitzoeken en zijn enig overgebleven ‘concurrent’ Jenson Button kan zich opmaken voor de onmogelijke taak om vijf races op rij te winnen en dan te hopen dat Vettel vijf keer op rij uitvalt. En Lewis Hamilton? Tja, met Lewis Hamilton komt het wel weer goed. Talent overwint uiteindelijk immers altijd.