Laat ik beginnen met mijn excuses aan te bieden, deze column is door omstandigheden die ik niet in hand had te laat verschenen, so here we go!

Nelson Piquet (1978–1991) – Nelson Piquet, Jr. (2008-2009)

Nelson Piquet was in zijn tijd een geweldig coureur, die bekend stond voor zijn genialiteit achter het stuur, maar Piquet had een donker kantje. Zijn moeilijke persoonlijkheid, scherpe tong en ondeugende humor zorgde ervoor dat er veel mensen waren die van hem hielde en hem haatte. Over de duur van zijn carrière verzekerde Piquet zich drie keer van de titel. Deze man ging over lijken, in 1986 was de strijd met zijn teamgenoot Nigel Mansell zo hevig dat de relatie tussen de twee serieus verzuurd geraakte. De motorsport maakte Piquet stinkend rijk, wat later vele deuren zou openen voor zijn zoon.

Zijn zoon, Nelson Piquet, Jr. kreeg in 2008 van fabrieksteam Renault de kans om de naam Piquet hoog te houden, doch draaide dit compleet verkeerd uit. Hij maakte de verkeerde keuze en ging te ver om zijn zitje te kunnen behouden bij Renault. We weten allemaal wat er zich tijdens die bewuste nachtrace heeft afgespeeld, de beelden waar de Renault zich in de muur ploegde staan in het geheugen gegrift. Piquet, Jr. speelde met levens die dag, puur om er zelf beter van te kunnen worden. Ik maak dus liever niet te veel woorden vuil aan deze persoon.

Toen zoonlief halverwege 2009 dan toch de deur werd gewezen was het natuurlijk die sluwe Piquet Senior die aan de alarmbel trok en gewonnen heeft hij, Junior kreeg immuniteit voor zijn verklaring en kon verder gaan met zijn leven, niet in de F1 althans, daar wilde niemand hem meer. Naar mijn mening zijn de repercussies van deze crash tot op heden nog voelbaar, de financiële problemen die er nu zijn bij de formatie uit Enstone zijn nog steeds een gevolg hiervan. Had Piquet neen gezegd die bewuste zondag, dan had Renault geen gezichtsverlies geleden en was de kans dat ze het team van de hand hadden willen doen aanzienlijk kleiner geweest. Maar ook hier geld een Engels gezegde: Hindsight is a beautifull thing

Keke Rosberg (1978–1986) – Nico Rosberg (2006–heden)


Rosberg debuteerde op 29 jarige leeftijd in de formule 1 waarna hij enkele moeilijk jaren kende bij teams zoals Theodore, ATS, Wolf, Fittipaldi. In 1982 wist hij zich dan eindelijk van een zitje te verzekeren bij topteam Williams. Hij reed een consistent seizoen en wist zich met maar een overwinning dat jaar toch te verzekeren van de titel, toch wordt deze titel door mening fan van de sport weggewuifd als ‘puur geluk’. Ferrari verloor vroeg in het seizoen hun kopman Villeneuve, ook de carriere van Pironi kwam ten einde na een zware crash op Hockenheim. De turbo’s van Brabham (BMW) en Renault zaten nog vol kinderziektes waardoor zij geen serieuze tittelambities kunnen voorleggen. Rosberg greep zijn kans en werd daarmee de laatste kampioen die won met de legendarische Coworth DFV V8. Deze motor werd voor het eerst gebruikt maar liefst 15 jaar eerder (1968). Naar mij mening hoort betrouwbaarheid nu eenmaal bij deze sport. De concurrentie faalde en Williams had zijn zaakjes voor elkaar, Rosberg is verdiend kampioen geworden! Vanaf de titel ging het niet meer zo vlot voor Rosberg, in ’83 waren de turbo’s wel in orde en moest hij het nog steeds met de verouderde cosworth doen. Pas in de laastste race van dat jaar was er een nieuwe auto met een Honda Turbo. In 1984 nam hij al het besluit om nog maar 2 jaar te racen, dus in 1986 liet Rosberg na een overstap naar McLaren de eer aan zichzelf en wuifde de sport vaarwel.

Nico Rosberg hoeft dus geen grote prestaties neer te zetten om zijn vader te evenaren, toch lijkt ook hij op een gelijkaardige carrière af te stevenen. Zijn vader managede hem in de lagere klassen en opende velen deuren voor Nico. In 2006 kwam dan de grote dag, Nico mocht debuteren bij het oude team van zijn vader, Williams. Toch is het Williams waar Nico bij debuteert een schim van het team van weleer. Overwinningen blijven uit en podia zijn er maar af en toe. Toch drukt hij zijn stempel op de resultaten, in 2009 leidt hij het team naar een mooie zevende plaats in het WK door op eigen houtje alle punten voor het team te vergaren. Hij besluit om het einde van dat jaar het team te verlaten, hij wordt verwelkomt bij het nieuwe Mercedes team dat eerder kampioen Brawn GP opkocht. Dan wordt ook bekend dat hij gezelschap zal krijgen van 7-voudig wereldkampioen en legende Micheal Schumacher, toch verslaat hij de oude kampioen over de duur van drie seizoenen met een eerste overwinning in de Chinese Grand Prix van 2012 als hoogtepunt. In 2013 krijgt hij dan gezelschap van McLaren kampioen Lewis Hamilton, een vriend van Rosberg. Hij verslaat Hamilton niet maar wint toch een race meer dan Hamilton. Rosberg slaagt erin om net zoals zijn vader de straten van Monaco te temmen en zo de klassieker op zijn naam te schrijven. Een overwinning met een extra kantje aangezien Rosberg is opgegroeid in de straten van het Prinsdom.

Ik ben er zeker van dat bij Mercedes Rosberg de middelen zal krijgen om zijn vader te kunnen evenaren. Het zal aan hem zijn om zijn kansen te benutten.

Satoru Nakajima (1987-1991) – Kazuki Nakajima (2007–2009)

Ondanks dat hij pas op 34 jarige leeftijd debuteerde reed Satoru uiteindelijk otch 80 Grand Prix met tien top zes klasseringen als resultaat. Hij mag dan misschien niet hetzelfde palmares hebben als de andere vaders in deze column, in zijn thuisland wordt hij aanzien als een van de ‘founding fathers’ van de F1 in Japan

Zijn zoon Kazuki reed drie seizoenen voor Williams met een zesde plaats in de Australische GP van 2008 als hoogtepunt. Zijn laatste seizoen was zoals ik al eerder stelde bij Nico Rosberg zijn slechtste, hij scoorde NUL punten tegenover de vierendertig en een half van Rosberg. Nadat hij de deur werd gewezen bij Williams probeerde hij nog een doorstart te maken met Stefan GP maar zoals bekend werd dit project de toegang tot de F1 geweigerd. Als ik terugdenk aan Kazuki Nakajima dan kan ik alleen maar vaststellen dat er gerust iemand anders in dat zitje had kunnen zitten die jaren.

Mario Andretti (1968-1972 en 1974-1982) – Michael Andretti (1993)

Mario Andretti racete eerst voornamelijk in Amerika, totdat hij in 1965 Colin Chapman tegen het lijf liep tijdens de Indy 500 van dat jaar. Andretti vertelde hem over zijn ambities en Chapman beloofde hem een auto als hij voelde dat hij klaar was voor de formule 1. In 1968 kwam de vraag en hij kreeg van Chapman een Lotus 49 ter beschikking. Hij reed meteen de pole position bij zijn debuut op Watkins Glen. Helaas viel hij in de race uit. Vanaf dat moment reed Mario sporadisch in de F1 omdat hij zich nog steeds wilde focussen op zijn carrière in de Amerikaanse racerij. Tot 1975 reed hij af en toe voor Lotus, March of Ferrari. In 1971 bij zijn debuut voor Ferrari won Andretti meteen zijn eerste race in de F1. Zoals eerder gezegd besloot Mario ervoor om vanaf ’75 volledige seizoenen in de F1 te rijden met een titel in voor de formatie van Chapman als resultaat. Na de titel is er geen groot succes meer voor Andretti in de F1. De andere team halen Lotus bij en 1981 probeert hij door te breken met Alfa Romeo, ook zonder succes. In 1982 is er een race bij Williams ter vervanging van Carlos Reutemann. Later in 1982 valt hij in bij Ferrari ter vervanging van Pironi. Hij pakt op Monza pole en finisht netjes derde, in de volgende en laatste race moet hij opgeven met ophangingsproblemen. Mario heeft genoeg van de F1 en keert terug naar de Amerikaanse racerij.

Zijn zoon Micheal tekende een contract bij McLaren na een mooie titel in de Indycars. Hij werd in 1993 teamgenoot van legende Aryton Senna maar reed zichzelf in de prak en had na 3 races ook maar 3 rondes afgelegd. Micheal had de grootste moeite om zich aan te passen aan de technisch geavanceerde machinerie van de formule 1 tegenover de simpelere bolides uit de Indycars. Ook het feit dat hij in de Verenigde Staten bleef wonen en constant de lange afstanden vloog werden hem niet in dank afgenomen. Volgens de zoon van Micheal was dit pure sabotage zodat het team hem kon vervangen door Mika Häkkinen die veel goedkoper als hem was. Toch had ook Senna vaak problemen met de elektronische gadgets van de wagen, dus een echt excuus is het niet. In zijn laatste race op Monza spinde zowel hij als Senna van de baan af, toch kon Micheal verder racen en wist hij zich terug te vechten naar een derde plaats die hij onder druk van Karl Wendlinger niet meer afgaf. Op dat podium in Monza eindigde dan ook de F1 carrière van Micheal, teleurgesteld keerde hij nooit. Zijn zoon Marco mocht in 2007 twee keer voor Honda testen maar een F1 carrière kwam er voor hem niet van.

De Toekomst


Voor de lage landen lijkt er ook opvolging verzekert. De zoon van Jos Verstappen, Max heeft in de karting bewezen dat er voldoende talent aanwezig is om door te stoten naar de F1. Voor volgend jaar porbeeren de verstappens een zitje te bemachtigen in de Renault 2.0. Op de youtube pagina van Verstappen kun je tal van filmpjes bekijken van verscheidene tests. Wat ik daarin zie wijst op veel goeds, lekker agressief en snel, zo zien we ze graag komen!

Dit was het dan voor deze column dames en heren, de komende weken zullen er met 2014 in het vooruitzicht nog enkele columns gespost worden door mijn collegas, of wie weet wel door jezelf dus ‘stay tunned folks!’

Maikel

Deze column is geschreven door Maikel Joosten aka maikel0230 (GPpits.net) aka force maikel (F1fanatic)