Race 7: Grote Prijs van Monaco
4 juni 2000
Monaco
78 ronden van 3,370 km. Totaal: 262,860 km
Weer: zonnig en warm

Hemelvaartsweekend (van de traditie om de race precies op dit weekend te rijden is men ondertussen wel afgestapt) betekent dat het in de Formule 1 tijd is voor de Grote Prijs van Monaco, sedert jaar en dag de meest prestigieuze wedstrijd op de kalender, door de nauwe straten van het vorstendom aan de Azurenkust. De Formule 1 is twee handen op een buik met glitter en glamour, en dus is het ook anno 2000 een kwestie van zien en gezien worden.

WK-leider Michael Schumacher zorgt in het kader van dat laatste voor een extraatje door een nieuw helmdesign voor te stellen. In de nieuwe kleurstelling is rood dominant, wat perfect matcht bij de kleur van zijn Ferrari-bolide. Met dit ontwerp zal de Duitser tot het einde van zijn carrière – wanneer hij ondertussen het zilvergrijs van Mercedes verdedigt – blijven rijden.

(f1-facts.com)

DONDERDAG EN ZATERDAG

Monaco werd door oud-wereldkampioen Nelson Piquet ooit vergeleken met fietsen in je woonkamer. Inhalen is op het smalle en langzame parcours haast onmogelijk en ieder jaar is de strijd om de beste startplaatsen dan ook cruciaal. Een goede kwalificatie geeft nergens meer kans op een dito resultaat dan in Monaco.

Monaco vormt traditioneel de uitzondering op de rest van de kalender dat er op vrijdag niet gereden wordt; de eerste vrije trainingen vinden bijgevolg al op donderdag plaats. Aan het einde van de tweede sessie is titelverdediger Mika Häkkinen de snelste, voor Michael Schumacher, David Coulthard en Eddie Irvine. Bij het nog altijd puntenloze Jaguar hoopt men dat het mindere belang van een hoge topsnelheid de tekortkomingen van de auto eindelijk kan compenseren. Hetzelfde geldt voor het veelgeplaagde Prost-team, waar oudgediende Jean Alesi er met een zevende tijd eindelijk ook eens goed bij lijkt te zitten.

Op zaterdagmorgen is Coulthard de snelste, voor Schumacher, Giancarlo Fisichella en Jarno Trulli. Tijdens de vrije oefensessies vallen zoals gebruikelijk flink wat crashes te noteren in de smalle straten van het vorstendom. Doordat ieder team nog steeds de beschikking heeft over een reservewagen, hebben deze in tegenstelling tot in 2016 minder gevolgen voor de rijders in kwestie. De opvallendste crash is wellicht die van de Medical Car.

Bij de eigenlijke kwalificatie wordt al snel duidelijk hoe belangrijk die reservewagen anno 2000 nog steeds is wanneer de motor van Villeneuve’s BAR het al in zijn eerste opwarmronde begeeft. Een sprintje richting pits en de Canadees kan evenwel verder deelnemen aan de sessie.

De eerste serie snelle rondjes brengt Michael Schumacher aan kop, voor een verrassende Trulli. In de tweede run rijdt Coulthard naar een voorlopige pole, voor Schumacher en Heinz-Harald Frentzen. Mika Häkkinen zakt door twee mislukte runs (één daarvan door een crash van Pedro de la Rosa) ver weg in de buik van het peloton.

Jordan heeft hier in Monaco het lek helemaal boven en Trulli rijdt prompt naar een voorlopige pole, met een tijd die enkel nog door Michael Schumacher verbeterd wordt. Coulthard wordt derde, Frentzen vierde. Häkkinen voorkomt maar nipt een blamage; in zijn laatste run weet hij met een vijfde tijd de eer alsnog te redden.

Tweede Ferrari-man Rubens Barrichello laat de zesde tijd noteren, terwijl Jean Alesi al het mooie van de vrije trainingen bevestigt, met een naar Prost-maatstaven schitterende zevende tijd als beloning. Giancarlo Fisichella en Ralf Schumacher volgen als achtste en negende, de beide Jaguars van Eddie Irvine en Johnny Herbert zijn tiende en elfde. Een uitgangspositie die met wat geluk uitzicht biedt op punten.

De tweede helft van de startgrid wordt gevormd door Alexander Wurz, Mika Salo, Jenson Button, Jos Verstappen, Pedro de la Rosa, Jacques Villeneuve, Nick Heidfeld, Pedro Diniz, Ricardo Zonta, en het klassieke rode lantaarn-duo Marc Gené en Gastón Mazzacane.

In de Formule 3000 is Bruno Junqueira opnieuw heer en meester. De Braziliaan behaalt in Monaco al zijn derde overwinning uit vijf races, voor Jamie Davies en David Saelens, en neemt halverwege het kampioenschap al een flinke optie op de titel. Twintig punten bedraagt de kloof nu al met zijn naaste achtervolger Nicolas Minassian.

(Red Bull)

ZONDAG

In de warm-up op zondagmorgen is Rubens Barrichello de snelste, voor Michael Schumacher, Ralf Schumacher en David Coulthard. Alle coureurs hebben één pitstop gepland.

In de opwarmronde begeeft de motor van de Benetton van Wurz het. Hierdoor wordt de start uitgesteld en Diniz, die bij de start van de opwarmronde niet van zijn plaats geraakt, kan zijn normale startpositie opnieuw innemen.

Bij de start is iedereen goed weg en de eerste zes coureurs snijden de eerste bocht aan in de volgorde waarin ze op de startgrid stonden. Enkele bochten verder krijgt de race echter door een computerfout plotseling de rode vlag. De herstart die hierop volgt was sowieso onvermijdelijk geweest doordat in de Loews-haarspeldbocht de la Rosa en Button met elkaar in aanraking komen en de Arrows van de Spanjaard, die dwars gaat, de baan over de hele breedte blokkeert. De achterliggers kunnen geen kant meer op en worden tot stilstand gedwongen.

(f1fanatic)

Bij de herstart ontbreekt de la Rosa, die geen reservewagen meer tot zijn beschikking heeft. Michael Schumacher neemt autoritair het commando, voor Trulli, Coulthard, Frentzen, Häkkinen en Ralf Schumacher, die een goede start heeft en Alesi, Barrichello en Fisichella te grazen neemt.

Michael Schumacher’s Ferrari is duidelijk sneller dan de Jordan achter hem en hij slaat een kloof à rato van één seconde per ronde. Achter hem ontstaat een situatie die in de Formule 1 spreekwoordelijk geworden is als de ‘Trulli-trein’. Wat de coureurs achter hem ook proberen, ze raken niet aan de Italiaan voorbij.

Jenson Button moet na zeventien ronden het veld ruimen met mechanische pech, twee ronden later crasht Wurz uit de race. De volgende opgevers zijn de Minardi’s van Gené (versnellingsbak) en Mazzacane (crash). Jean Alesi rijdt nog steeds op een knappe zevende plaats rond, vóór de Ferrari van Barrichello, wanneer na dertig ronden de transmissie van de Prost het begeeft. Een onverdiend einde van een veelbelovende race.

Een ronde later crasht ook Diniz uit de race. Enkele ronden later wordt de volgorde voorin het peloton, die tot nu toe ongewijzigd was gebleven, ook flink door elkaar gehusseld. Mika Häkkinen verliest plotseling terrein op zijn voorliggers en moet de pits in om een defect rempedaal te laten herstellen. De Fin wordt naar de achterste gelederen teruggeworpen, van waar hij aan een verwoed inhaaloffensief begint.

Juist wanneer de McLaren de pitstraat buitenrijdt, komt Ralf Schumacher aangestormd. De Williams-coureur wijkt uit en komt op het vuile baangedeelte terecht, waardoor hij bij het aansnijden van Sainte-Devote de auto niet meer onder controle heeft en in de vangrails klettert. De Duitser loopt hierbij een flinke beenkwetsuur op.

Ondertussen is ook het sprookje van Jarno Trulli al geëindigd. De versnellingsbak van de Jordan begeeft het plotseling. Coulthard is nu tweede met meer dan een halve minuut achterstand op Michael Schumacher. De Duitser leidt echter soeverein de race en enkele snelle ronden van Coulthard brengen hem niet van zijn wijs.

Ook na zijn pitstop leidt de Ferrari-coureur nog steeds autoritair en niets lijkt de tweevoudige wereldkampioen van zijn vijfde overwinning in Monaco af te kunnen houden. Ondertussen is ook Ricardo Zonta uit de race verdwenen na een crash.

Met nog twintig ronden te gaan begint de leider plotseling te vertragen en zwalpt zijn auto alle kanten uit. De hitte van een afgebroken uitlaatpijp heeft de achterwielophanging van de Ferrari onherstelbaar beschadigd. Schumacher rijdt nog naar de pits, waar men echter niets meer voor hem kan doen: opgave is het harde verdict. Voor de Duitser is het de eerste uitvalbeurt van dit seizoen.

Coulthard is nu ineens de leider in de race, gevolgd door Frentzen. Ook Verstappen, die in een puntenloze positie rondrijdt, crasht nog uit de race, wat verrassend ook nog Frentzen doet. De Duitse Jordan-coureur heeft de tweede plaats voor het grijpen wanneer hij op amper acht ronden van de finish op dezelfde plaats als Ralf Schumacher eraf gaat.

David Coulthard laat zich echter niet meer verrassen en wint de Grote Prijs van Monaco. De Schot zegeviert voor het eerst in het vorstendom en wordt door zijn tweede overwinning van het seizoen tweede in de WK-stand, op twaalf punten van Michael Schumacher.

Barrichello wordt tweede, Fisichella ziet een foutloze race beloond met zijn tweede podiumplek van het seizoen. Irvine wordt vierde en bezorgt Jaguar zo zijn eerste punten, Salo pakt de vijfde plaats en bezorgt zijn team Sauber nog eens wat vreugde. Häkkinen ziet zijn achtervolgingrace alsnog beloond met een zesde plaats en bijbehorend WK-puntje.

Bij de constructeurs nadert McLaren Ferrari tot op vijf punten; achter hen gaapt een enorme kloof. De rest van de teams, te beginnen bij Williams, spelen in 2000 tot nu toe enkel mee voor de kruimels.


(f1-facts.com)

DE UITSLAG

1. David Coulthard (McLaren-Mercedes)
2. Rubens Barrichello (Ferrari)
3. Giancarlo Fisichella (Benetton-Playlife)
4. Eddie Irvine (Jaguar-Cosworth)
5. Mika Salo (Sauber-Petronas)
6. Mika Häkkinen (McLaren-Mercedes)
7. Jacques Villeneuve (BAR-Honda)
8. Nick Heidfeld (Prost-Peugeot)
9. Johnny Herbert (Jaguar-Cosworth)
10. Heinz-Harald Frentzen (Jordan Mugen-Honda) *

* Uitgevallen, maar geklasseerd

Pole: Michael Schumacher (Ferrari) 1’19”475
Snelste ronde: Mika Häkkinen (McLaren-Mercedes) 1’21”571

WK-STAND:

Rijders:
M.Schumacher 46, Coulthard 34, Häkkinen 29, Barrichello 22, Fisichella 14, R.Schumacher 12, Frentzen 5, Villeneuve 5, Trulli 4, Irvine 3, Button 3, Salo 3, Zonta 1, de la Rosa 1

Constructeurs:
Ferrari 68, McLaren 63, Williams 15, Benetton 14, Jordan 9, BAR 6, Jaguar 3, Sauber 3, Arrows 1

Wordt vervolgd…

By SDG