Fernando Alonso Díaz is geboren op 29 juli 1981 in het Spaanse Oviedo (provincie Asturias), waar hij nu nog af en toe woont, als hij niet op reis is of in het Engelse Oxford verblijft. De eerste maal dat de internationale autosport van de naam Fernando Alonso hoorde was op 26 augustus 2000, maar voordien had de jonge Spanjaard al een hele weg afgelegd. Toen hij amper twee jaar oud was kocht zijn vader hem een kartwagentje. Fernando kreeg kussens achter zijn rug en blokjes onder zijn voeten zodat hij aan de pedalen en het stuur geraakte, maar als kleuter leerde hij de basistechnieken van het racen. Op zevenjarige leeftijd besloot zijn vader hem in de competitiekarting van Asturias te laten deelnemen, en al snel bleek dat die jonge knaap best veel talent had. Hij won alle acht races en werd glansrijk eerste in het kinderkampioenschap. In de komende twee jaar won hij eveneens het Galiciaans kampioenschap karting. In 1990 nam hij deel aan het Asturias Kadet-kampioenschap, dat hij eveneens won. In 1991 werd hij tweede in het Spaans Kadet-kampioenschap. Na eerst de Spaanse Juniortitel en later ook de ‘gewone’ Spaanse titel te winnen nam hij in 1995 deel aan het Wereldkampioenschap Karting, waar hij derde werd. Een jaar later, op vijftienjarige leeftijd, won hij zowel de Spaanse Juniortitel als het Wereldkampioenschap Karting. In 1997 werd hij Spaans en Italiaans Inter-A kartkampioen, om een jaar later tweede te worden in het Inter-A kampioenschap. In 1999 kwam dan eindelijk de overstap naar de éénzitters, op achttienjarige leeftijd werd hij Formule Nissan-kampioen met zes overwinningen. Die titel ging niet onopgemerkt voorbij…

Voor het seizoen 2000 vond hij onderdak bij het Belgische Team Astromega. Voor zijn eerste race kwalificeerde hij zich als elfde en reed de race uit als negende. In Engeland werd hij gediskwalificeerd, in zijn thuisland Spanje werd hij teleurstellend als vijftiende geklasseerd. Twee weken na de startccrash op de Nürburgring, waar meteen zes van de 25 deelnemers werd uitgeschakeld, kon hij voor het eerst imponeren. In de straten van Monaco werd hij achtste, en in de tweede seizoenshelft reed hij zich meer en meer in de kijker. In Frankrijk kwalificeerde hij zich als derde, maar moest opgeven met een gebroken benzinepomp. In Oostenrijk maakte hij indruk door in de race negen plaatsen goed te maken en zijn eerste puntje te scoren met een zesde plaats. In Hockenheim viel hij nog uit, maar in de twee laatste races kon hij Benetton-teambaas Flavio Briatore overtuigen. In Hongarije kwalificeerde hij zich als derde, en in tegensteling tot Magny-Cours kon hij de race wél uitrijden … en finishen als tweede. Maar zijn hoogtepunt kwam er op het Circuit National de Spa-Francorchamps. In de kwalificatie was hij 0.087 seconden sneller dan teamgenoot Marc Goossens. De race domineerde de jonge Spanjaard en hij won op schitterende wijze. Briatore was overtuigd en de Italiaanse playboy bood de 19-jarige Spanjaard een contract aan. Voor het seizoen 2001 had hij al twee coureurs, maar hij gaf Alonso onderdak bij Minardi om race-ervaring op te doen.

Zo kwam het dat Fernando Alonso aan de start van een Formule 1-race kwam te staan, op 4 maart 2001 in het Australische Melbourne. Alonso was amper 19 jaar, 7 maanden en 3 dagen oud, waarmee hij de derde jongste coureur ooit is (na Michael Thackwell in 1980 en Ricardo Rodriguez in 1961). In de Minardi-Ford wist hij zich als 19de te kwalificeren, amper een halve seconde achter beide Benetton-coureurs Fisichella en Button en voor Mazzacane, Burti en Marques. In de race, die omsiert werd door de geweldige klapper van Jacques Villeneuve, werd Alonso twaalfde voor Fisichella en Button. Menig Formule 1-fan merkte de Spanjaard nog niet op, tot de Grand Prix van San Marino. Alonso slaagde erin zijn Minardi op een achttiende plaats te kwalificeren, voor beide Benetton-coureurs, Mazzacane en Marques. Het seizoen verliep voorts vrij rustig, wat verwacht je anders in een Minardi, maar de Spanjaard hield 90% van de tijd zijn wagen op de baan. Als hij geen technische pech kende was hij veel sneller dan zijn teamgenoten Tarso Marques en Alexander Yoong. Éénmaal kon hij zich niet kwalificeren, maar door “speciale omstandigheden” werd hij toch toegelaten … naast Alonso konden toen tijdens de verregende kwalificatie in Spa-Francorchamps zijn teamgenoot Marques en beide Arrows-coureurs Verstappen en Bernoldi zich ook niet kwalificeren, waardoor de FIA hen toch toeliet. De eerste maal dat hij echt veel indruk kon maken was tijdens de kwalificatie van de Grand Prix van USA, op de befaamde Indianapolis High Speedway. Alonso kwalificeerde zich als 17de voor Yoong, Enge, Verstappen, Bernoldi én Jacques Villeneuve. In de race moest hij op een zeventiende plaats opgeven. Briatore was overtuigd en bood Alonso een contract aan bij Renault. Voor 2002 had hij al twee coureurs en contracteerde hij de Spanjaard als test- en reservecoureur, met de belofte om in 2003 aan de start van de races te komen. Alonso accepteerde en bevestigde in Japan, de laatste race van het seizoen. Hij kwalificeerde zich als 18de, maar in de race finishte hij als elfde voor Yoong, Verstappen, Bernoldi, Panis en Heinz-Harald Frentzen.

In 2003 verving hij Jenson Button en werd hij teamgenoot van Jarno Trulli. In Australië werd hij zevende, maar een race later liet hij zien wat hij waard was. Op 22 maart 2003 behaalde hij als eerste Spanjaard ooit de polepositie in een Formule 1-race, net voor teamgenoot Jarno Trulli. Er werd uitbundig feest gevierd in de Renault-pitbox als Michaël Schumacher drie tienden tekort kwam. In de race zelf reed hij dertien ronden op koppositie om uiteindelijk derde te eindigen. De champagne bleek goed na te smaken want in Brazilië kwalificeerde hij zich als tiende. In de race zelf, één van de spannendste races van de laatste jaren, klapte hij zwaar in de muur. Mark Webber crashte zwaar en de brokstukken lagen verspreid over de baan. Één van zijn wielen bleef in het midden van de baan liggen, Fisichella en Räikkönen konden het voorwerp nog net ontwijken maar Alonso reed er vol op, verloor de controle, klapte tegen de pitmuur, kaatste dwars over de baan en kwam uiteindelijk tot stilstand. Hij schrijft geschiedenis door als éérste coureur die derde werd niet op het podium te verschijnen, de Spanjaard werd afgevoerd in een ziekenwagen. Een maand later stond heel Spanje op zijn kop : Alonso was tweede geworden in zijn eigen thuisland op het circuit van Montmeló. Al snel ontstond er een hele Alonso-mania in Spanje, hij haalde elke week wel de voorpagina’s in de kranten zonder ook maar één keer een zege behaalt te hebben in de Formule 1. Die kwam er twee maanden later, op het vernieuwde circuit van Hongarije. Op 24 augustus 2003 won Fernando Alonso als eerste Spanjaard ooit een Formule 1 Grand Prix. Met nog een achtste plaats en twee opgaves door de motor werd hij uiteindelijk zesde in de eindstand om het wereldkampioenschap.

2004 bracht niet wat er verwacht werd na het vorige seizoen. Verder dan vier podiumplaatsen (waarvan één tweede plaats) kwam hij niet. Toch werd hij uiteindelijk vierde in de eindstand om het kampioenschap, achter beide Ferrari-coureurs en Jenson Button. 2005 begon zoals 2004 geëindigd was, Alonso kon zich door het nieuwe kwalificatiesysteem en pech amper als dertiende kwalificeren. Danzij een goede strategie kon hij tien plaatsen goed maken tijdens de race, die teamgenoot Giancarlo Fisichella won. Vanaf de volgende race ontpopte Alonso en Renault zich als de grootste titelkandidaten, na mindere (zeg gerust slechte) prestaties in het kamp van Ferrari. Alonso won in Maleisië, Bahrein en in San Marino vocht hij de laatste tien rondjes met Michaël Schumacher om de overwinning. Het leek een saai seizoen te worden, waarin Alonso zonder noemenswaardige tegenstand naar de titel zou rijden. Maar de critici hadden niet op de underdog McLaren-Mercedes gerekend. Alonso kreeg in zijn thuisrace meer tegenstand dan verwacht en werd er weer tweede, achter Kimi Räikkönen. Diezelfde Räikkönen was hem ook te snel af in Monaco, waar Alonso op het einde nog terugviel van een tweede naar een vierde plaats. Maar ook Alonso kan het geluk aan zijn kant hebben, zo bleek een week later op de Nürburgring. De race duurde welgeteld één ronde te lang, toen de rechtervoorwielophanging van de McLaren afbrak en Alonso zijn vierde zege van het seizoen binnenhaalde. Twee weken later in Canada sloeg de pechduivel weer toe, toen de Spanjaard een stuurfout maakte en zijn rechterachterwiel de muur raakte. Ook in USA kwam hij niet aan de start door het débacle met de Michelin-banden. Gelukkig voor Alonso startten zijn grootste concurrenten ook niet en ging de zege naar Ferrari, die daarmee hun enige zege van het seizoen behaalden. In Frankrijk sloeg Alonso weer toe met de polepositie en de overwinning, maar in de tweede seizoenshelf kreeg hij veel tegenstand en werd het nog spannend om de titel … zij het weliswaar met een voorsprong van een twintigtal punten. Montoya won in Engeland, Alonso kon nog net voor Räikkönen als tweede eindigen. In Duitsland legde de beruchte Mercedes-motor opnieuw de zege in de handen van de Spanjaard, maar na Hockenheim viel het wat tegen. Alonso kon zich in Hongarije wel als zesde kwalificeren, maar door pech in de eerste ronde werd hij gedwongen tot een inhaalrace en eindigde hij als elfde. De komende drie races eindigde hij telkens tweede, zij het wel met de nodige dosis geluk wanneer Montoya tot twee maal toe in de slotfase van de race door achterliggers van de baan werd gereden. Toch had Alonso genoeg aan de derde plaats om kampioen te worden in Brazilië, drie races op voorhand. Montoya won de race, Kimi Räikkönen werd tweede en Fernando Alonso behaalde met zijn derde plaats de wereldtitel. Daarmee werd hij de allereerste Spanjaard ooit die de wereldtitel Formule 1 behaalde, tevens de jongste ooit met zijn 24 jaar, één maand en 27 dagen. De laatste twee races sloot hij tenslotte nog af met een derde plaats en een overwinning in China.

Nog voor het seizoen wordt er bekend gemaakt dat Alonso in 2007 niet langer voor Renault zal rijden, maar de kleuren van McLaren gaat verdedigen. Het seizoen 2006 begint op de manier dat 2005 geëindigd was. Van de eerste negen races wint hij er zes, waarvan de laatste vier op rij, en wordt hij driemaal tweede. De wereldtitel lijkt hem onmogelijk te ontsnappen, maar dan begint het seizoen maar pas echt. Dankzij twee vijfde plaatsen (USA en Duitsland), twee tweede plaatsen en twee opgaves op de verkeerde momenten (een eerste plaats in Hongarije en een derde plaats in Italië) gaat de Spanjaard een spannend seizoenseinde tegemoet. Door een tweede plaats in China, de op twee na laatste race van het seizoen, komt Michaël Schumacher op gelijke hoogte. Alonso moét nu winnen als hij zijn tweede wereldtitel wilt behalen. In Japan rijdt hij in het tweede deel van de race nog steeds tweede, achter Schumacher. Maar dan ploft de motor van de Duitser, Alonso neemt dankbaar de leiding over in zowel de race als in het kampioenschap. De Spanjaard heeft nu genoeg aan één schamel puntje om de wereldtitel opnieuw naar Spanje te brengen. In de laatste race, in Brazilië, finisht hij als derde. Alonso neemt afscheid van Renault met een tweede wereldtitel bij zowel de coureurs als de constructeurs.

Debuut in de Formule 1      :  4 maart 2001, Grand Prix van Australië, Minardi-Ford
Eerste maal punten          :  9 maart 2003, Grand Prix van Australië, Renault
Eerste maal podium          : 23 maart 2003, Grand Prix van Maleisië, Renault
Eerste maal snelste ronde   : 15 juni 2003, Grand Prix van Canada, Renault
Eerste maal eerste startrij : 22 maart 2003, Grand Prix van Maleisië, Renault
Eerste maal polepositie     : 22 maart 2003, Grand Prix van Maleisië, Renault
Eerste overwinning          : 24 augustus 2003, Grand Prix van Hongarije, Renault
Eerste wereldtitel          : 25 september 2005, Grand Prix van Brazilië, Renault

Teams : Minardi (2001), Renault (2003-2006), McLaren (2007)

Leefijd bij debuut               : 19 jaar, 7 maanden, 03 dagen
Aantal Grand Prix’               :    88
Aantal seizoenen in de Formule 1 :     5
Aantal punten                    :   381
Aantal snelste ronden            :     8
Aantal podiums                   :    37
Aantal eerste startrijen         :    18
Aantal poleposities              :    15
Aantal overwinningen             :    15
Aantal ronden verreden           :  4730
Aantal kilometers verreden       : 22965
Aantal races op koppositie       :    39
Aantal ronden op koppositie      :   965
Aantal kilometers op koppositie  :  4585
Leeftijd tijdens de laatste race : 25 jaar, 2 maanden, 23 dagen

Officiële website van Fernando Alonso

Overwinningen                            Poleposities
2003 : Hongarije                         2003 : Maleisië, Hongarije
2005 : Maleisië, Bahrein, San Marino,    2004 : Frankrijk
       Europa, Frankrijk, Duitsland,     2005 : Maleisië, Bahrein, Frankrijk, Engeland,
       China                                    Brazilië, China
2006 : Bahrein, Australië, Spanje,       2006 : Europa, Spanje, Monaco, Engeland, Canada,
       Monaco, Engeland, Canada, Japan          China

Kampioenschappen
2001 : geen punten, 23ste            European Minardi F1 Ford-Cosworth
2003 :   55 punten,  6de             Mild Seven Renault F1 Team
2004 :   59 punten,  4de             Mild Seven Renault F1 Team
2005 :  133 punten, wereldkampioen   Mild Seven Renault F1 Team
2006 :  134 punten, wereldkampioen   Mild Seven Renault F1 Team 

Alles weten over Formule 1 in 2022?
Hier, op GP Pits brengt Formule 1 nieuws eneen F1 Magazine F1-seizone 2021 lees je alles over de races, voorbeschouwingen, nabeschouwingen en het brekende nieuws.
Op ons gratis forum lees je alles over formule 1 en nog veel meer. Meld je gratis aan en neem deel aan discussies over de mooiste sport van de wereld!

By peter