Zondag 29 augustus 2004. Op de omloop van Spa-Francorchamps wordt, na een onderbreking van een jaar omwille een dispuut inzake tabakssponsoring, opnieuw de Grote Prijs van België verreden. Nadat Ferrari in de vorige race in Hongarije al zijn zesde opeenvolgende constructeurstitel pakte, kan het hier met Michael Schumacher ook nog eens voor de vijfde keer op rij kampioen worden bij de rijders. Indien de Duitser twee punten meer weet te scoren dan zijn Braziliaanse teamgenoot Rubens Barrichello is het zover.
Het weekend begint traditiegetrouw met de eerste vrije trainingen op vrijdag, waarbij de teams die in het voorgaande seizoen de vijfde tot de tiende plaats in het constructeurskampioenschap bezetten een derde wagen mogen inzetten om zo alvast hun testrijders wat extra ervaring te laten opdoen. Anthony Davidson (BAR) baart in de eerste vrije training opzien door de snelste tijd van het pak neer te zetten, Ryan Briscoe (Toyota) doet dat op een minder fraaie manier door er in de Raidillon keihard af te gaan. De Australiër, die later vooral van zich zal laten horen in de Indycars en de enduranceracerij, komt er met de schrik vanaf.
Toyota van zijn kant heeft voorafgaand aan het raceweekend zijn coureur Cristiano da Matta na aanhoudend tegenvallende resultaten bedankt voor bewezen diensten. In Spa is het zijn Braziliaanse landgenoot en testcoureur Ricardo Zonta die zijn plaats achter het stuur inneemt.
De kwalificatie op zaterdag wordt in 2004 nog steeds afgewerkt volgens het systeem van twee sessies waarin alle coureurs telkens één vliegend rondje moeten afleggen. De eerste kwalificatie bepaalt de startorde voor de eigenlijke, tweede kwalificatie waarin de definitieve startopstelling wordt vastgelegd.
Titelverdediger en Michael Schumacher is uiteraard favoriet om hier zijn achtste pole van het seizoen te veroveren, maar op een natte baan is het uiteindelijk verrassend Jarno Trulli (Renault) die de Duitse ‘Regenmeister’ te snel af is en naar zijn tweede pole van het seizoen snelt. De Italiaan, die zijn seizoen na zijn fraaie eerste zege in Monaco hoe langer hoe meer in een neerwaartse spiraal zag belanden en ondertussen al weet dat er in 2005 bij hem voor Renault geen plaats meer is – hij heeft ondertussen al een contract getekend bij Toyota – hoopt met een fraai seizoenseinde zijn carrière bij zijn huidige werkgever alsnog in schoonheid af te sluiten.
Fernando Alonso (Renault) rijdt de derde tijd, voor David Coulthard (McLaren), Giancarlo Fisichella (Sauber), Rubens Barrichello (Ferrari), Mark Webber (Jaguar), Felipe Massa (Sauber) en Olivier Panis (Toyota). Kimi Räikkönen (McLaren) ziet een stuurfoutje in zijn vliegende ronde duur betaald en start pas als tiende.
Juan-Pablo Montoya (Williams) en Jenson Button (BAR) zijn nog twee grote kanonnen die in de slechte weersomstandigheden niet konden uitblinken: de elfde en twaalfde startplaats is hun deel. Christian Klien (Jaguar), Antonio Pizzonia (Williams), Takuma Sato (BAR), Nick Heidfeld (Jordan), Gianmaria Bruni (Minardi), Zsolt Baumgartner (Minardi), Giorgio Pantano (Jordan) en Ricardo Zonta (Toyota) sluiten de rij.
Op de dag van de race blijft het, na twee wisselvallige dagen, droog. Niettemin vallen er ook zonder het typische Ardense weer onmiddellijk brokken bij de start. Trulli is als snelste weg, voor de snel gestarte Alonso, terwijl ook Coulthard zich voorbij de aspirant-wereldkampioen kan wurmen. Achter hen breekt er in de Source-haarspeldbocht echter chaos uit. Räikkönen tikt Massa aan, die vervolgens aangereden wordt door Button, die zijn voorvleugel stukrijdt.
Ook Webber beschadigt zijn voorvleugel, na een aanrijding met Barrichello. De stuurloze Australiër knalt vervolgens bij het beklimmen van de Raidillon vol op Sato, die spint in de baan van de aanstormende meute. Baumgartner kan zijn teamgenoot Bruni niet meer ontwijken, die in vangrails vliegt en terug de baan op gekaatst wordt, pal voor de aanstormende Pantano. De Italiaan gaat nog vol in de remmen, maar kan de stilstaande Bruni niet meer ontwijken. Voor Webber, Sato, Bruni en Pantano is het einde race.
Ondertussen kont de safetycar de baan op zodat de brokstukken opgeruimd kunnen worden. Wanneer de race hervat wordt, rijden de beide Renaults nog steeds op kop, gevolgd door Coulthard en Räikkönen, die onmiddellijk Schumacher passeert. Vervolgend wordt de Duitser ook nog eens gepasseerd door Montoya, terwijl een ontketende Räikkönen naar de derde plaats oprukt.
Wanneer Trulli binnenkomt voor zijn eerste pitstop, erft zijn teamgenoot Alonso de leiding. Lang kan de Spanjaard echter niet van zijn eerste plaats genieten: door een motorprobleem spint hij op zijn eigen olie de wedstrijd uit. Räikkönen is nu leider. Teamgenoot Coulthard van zijn kant wordt ver teruggeworpen door een lekke band.
Ook Räikkönen, Schumacher en Montoya komen binnen. De Colombiaan heeft de pech dat hij bij het verlaten van de pitstraat op snelheid wordt gepasseerd door de nog niet gestopte Massa, wat hem tijdverlies in zijn duel met Schumacher oplevert. Trulli van zijn kant vergaat het een stuk erger. Na zijn pitstop kan hij het momentum van de beginfase van de race niet behouden: eerst passeert Schumacher hem en vervolgens ook nog eens Montoya. De Italiaan wordt bij dit inhaalmaneuver in de Bus Stop-chicane achterstevoren gezet na een touche met de Colombiaan en verliest zo nog meer tijd. Hij zal geen rol van betekenis meer spelen in de rest van de race.
Na een dertigtal ronden komen de koplopers binnen voor hun tweede tankbeurt en bandenwissel. Op datzelfde moment moet de safetycar een tweede keer uitrukken wanneer Button aan het einde van het rechte stuk bij Les Combes een klapband krijgt en vervolgens al spinnend Baumgartner mee van de baan sleurt. Terwijl het veld achter de safetycar aanrijdt verliest het Pizzonia met een kapotte versnellingsbak.
Terwijl vooraan Räikkönen en Schumacher hun duel voor de zege verderzetten, moet ook Montoya naar de pits met een lekke band: Michelin is duidelijk slecht voorbereid naar Spa afgezakt. De ophanging van de Williams wordt op de tocht richting pits echter te zwaar beschadigd en ook de Colombiaan moet de strijd staken.
Nauwelijks enkele ronden later dient de volgende safetycarfase zich reeds aan, wanneer Coulthard op het rechte stuk bij Kemmel achteraan op Klien inrijdt. De Schot slaagt er niettemin in de pits te bereiken en zal ondanks de nodige schade aan zijn auto zijn weg kunnen vervolgen. De herstart wordt vervolgens fataal voor Zonta, die vlak na de Raidillon zijn motor opblaast en zo bij zijn terugkeer in de Formule 1 een fraaie vierde plaats in rook ziet opgaan.
Vooraan staat er echter geen maat meer op Räikkönen. De Fin, die net als zijn werkgever McLaren een bijzonder moeizaam seizoen achter de rug heeft, pakt zijn tweede zege uit zijn carrière. Na hem worden Schumacher en Barrichello tweede en derde. Massa, Fisichella, Klien, Coulthard en Panis pakken de resterende punten. Voor Klien is het de eerste puntenscore uit zijn loopbaan.
Het resultaat van de race betekent meteen dat Michael Schumacher, met nog vier races te gaan, rekenkundig zeker is van de wereldtitel, de zevende al in zijn loopbaan. Hij zal zijn zegeaantal in 2004 nog weten aan te dikken tot dertien, een record dat hij momenteel nog steeds deelt met zijn landgenoot Sebastian Vettel, die deze prestatie evenaart in 2013.
In zijn veertiende Formule 1-seizoen domineert Michael Schumacher de sport nog steeds als vanouds en op de 35-jarige Ferrari-superster lijkt er vooralsnog geen enkele sleet te komen. Slechts weinigen kunnen die augustuszondag in 2004 dan ook vermoeden dat deze zoveelste wereldtitel van de Duitser zijn laatste geweest zal zijn.
