André Hoogeboom schreef in de afgelopen maanden een slim boek. Een slim boek over Max Verstappen.

Ongeautoriseerd
In de ondertitel staat het al: Het ongeautoriseerde verhaal over de jongste Formule 1 winnaar ooit.
Max Verstappen, Jos Verstappen, hun familieleden, of zijn management, al die mensen kwamen aan de totstandkoming van dit boek niet te pas.
Dat is niet erg, er wordt zoveel geschreven over mensen zonder dat ze er zelf aan te pas komen.

Max Verstappen voor beginners
Ook voor de kenner is het een leeswaardig boek, maar zeker voor wie Max Verstappen is gaan volgen naar aanleiding van diens succesvolle entree in de Formule 1 in 2015 is dit werk ideale vakantielectuur, je leest je binnen de kortste keren in in de jeugd van Max Verstappen waardoor je hem en zijn succes beter gaat begrijpen. En dan blijkt het dus slim om zo vroeg met een biografie te komen, de groep fans die net om de hoek komt kijken is immers groot.

Voor de kenner
Voor al diegenen, die Max Verstappen van kleins af aan als talent herkenden en van de hoed en de rand weten is het aangenaam eindelijk eens een chronologisch verslag te lezen van Max’ verrichtingen in Florida, toen hij daar de Winter Series reed als voorbereiding op zijn Formule 3 seizoen in 2014.

Onbeantwoorde vragen en privékwesties
Voor wie zich dingen afvraagt als: “Heeft Max Verstappen zijn middelbare schooldiploma nou wel of niet gehaald uiteindelijk?” Of: “Waarom ging het uit met dat leuke meisje uit Zweden, die Mikaela?” die komt dan bedrogen uit, Hoogeboom heeft zich puur en alleen gericht op de racecarrière van Verstappen en diens werkrelatie met zijn vader Jos.

Maar hoe het nou precies zat met Sainz en die ruzie in Melbourne binnen het team van Toro Rosso? Waarom trok Jos zich prompt terug uit het dagelijkse management van Max’ carrière bij de overstap naar Red Bull Racing? Waarom werd Xevi Pujolar ontslagen in diezelfde week? Hebben al die dingen met elkaar te maken? Helaas geeft ook dit boek van André Hoogeboom geen antwoord op die vragen…

Oesters
Dát er een breuk was tussen Verstappen en Huub Rothengatter, eerst de manager van Jos Verstappen en daarna die van Max, ja, dat lezen we in het boek, maar niet waarom. De Verstappens zijn zo gesloten als een oester en dat geld helemaal voor Rothengatter, die nagenoeg nooit een interview geeft sinds hij zelf niet meer rijdt.

Ook over de gevolgen van de breuk tussen zijn ouders, over de impact van het intensieve internationale karten op zijn onderwijs, waar hij zijn talen geleerd heeft of hoe de relatie met zijn vader Jos Verstappen al die jaren van intensief samen optrekken toch goed is gebleven, over die zaken leest u in dit boek weinig tot niets.

Het moet voor Hoogeboom dus een lastige opgave zijn geweest: wanneer heb je genoeg voor publicatie? Als veel vragen onbeantwoord blijven, hoe bepaal je dan, of het toch genoeg is voor het uitgeven van een boek? Gelukkig zijn er meer die niet weten dan dat er weters zijn en blijkt, dat “Max” van André Hoogeboom voldoende biedt voor alle fans van die fenomenale Nederlander in de Formule 1; Max Verstappen.

Waar leg je de lat?
Zo is “Max, het ongeautoriseerde verhaal over de jongste Formule 1-winnaar ooit” dus vooral een lezenswaardig boek dat weinig nieuwe inzichten biedt maar wel het hele verhaal vertelt van een jongen die alles op alles zet om het hoogste doel in zijn leven te behalen: een Formule 1-carrière met als einddoel wereldkampioen te worden.

En precies daar ligt al een interessant verschil met andere talenten. Voor de meeste talenten gold tot op heden: Doelstelling: een Formule 1-stoeltje bemachtigen en dan van daaruit verder bouwen. Formule 1 als doel op zichzelf, het bereiken van de klasse als hoogst haalbare in een carrière. En dat is natuurlijk voor velen van die jongens ook waar, dus waarom niet?

Maar voor Verstappen ligt dat anders en dat lees je overal in dit boek door alles heen. Er is altijd sprake geweest van de ultieme ambitie, in elke klasse waar Max Verstappen deelnam op elk moment van elke race er alles uithalen wat er inzit en dan nog pas tevreden zijn als de hoogste trede van alle races en kwalificaties in een weekend zijn behaald. Binair denken: het is goed óf slecht. “Mwah, niet slecht” of “Ging wel redelijk”, dat is geen Verstappentaal. Die ambitie geldt net zo hard voor Formule 1, “wij, de Verstappens, wij zijn hier om te winnen”.

Interviews
Hoogeboom interviewt voor zijn boek een aantal belangrijke figuren uit Max’ jeugd. Aan het woord komen Jan Lammers (Oud Formule 1-rijder en meervoudig Le Manswinnaar), Giedo van der Garde (Oud Formule 1-rijder, logeerde vaak bij de Verstappens in zijn karttijd), Frits van Amersfoort (Teameigenaar VAR uit Zeewolde, had Max Verstappen én Jos Verstappen in zijn Formule 3-stal), Olav Mol (Formule 1 commentator, kent de Verstappens sinds midden jaren negentig), Kees van de Grint (bandenspecialist Bridgestone/Ferrari, vriend van Jos Verstappen), Sander Dorsman (Teambaas MP Motorsport), Allard Kalff (autosportjournalist en coureur), Dennis van de Laar (teamgenoot Max Verstappen in Florida) en Paul Lemmens (Eigenaar van de kartbaan in Genk waar Max’ carrière begon).

Uit al deze gesprekken komt naar voren dat Max Verstappen als jong jochie al blijk gaf van bijzonder talent én dat Jos Verstappen daar op een bijzondere manier mee omging. Max is niet gedrild door zijn vader, zoals bijvoorbeeld de Krajiceks en zovele andere sporters die hun relatie met vader beschadigd zagen op enig moment.
Jos Verstappen heeft zijn zoon intensief begeleid, hem bijgebracht -zonder dwang- dat alleen hard werken (altijd goed je best blijven doen, zoals Max het zelf zo vaak verwoordde) ervoor kan zorgen, dat je talent tot volle wasdom komt. Jos leerde hem door een voorbeeld te zijn, dat je als je op alle details let, samen altijd zorgt dat álles klopt, dat je alleen dan je talent ook om kunt zetten in goed resultaat.

Wat daar het gevolg van is heeft Frits van Amersfoort in dit boek op bladzijde honderddertien heel fraai gezegd:
Onder aan de streep blijft staan, dat de Verstappens niet kunnen verliezen. Dat is mijn vaste overtuiging.
In de topsport moet je dat wel kunnen, anders wordt je een belasting voor het team. Max kan dat beter dan Jos, gaat daar charmanter mee om.
Ik heb, als ik die twee zo volg dan ook de indruk, dat het nu Jos is die van Max aan het leren is.