Ik heb nooit zo geloofd in samenzwering theorieën. Die zijn aan mij gewoon niet besteed. Ik geloof er niks van dat de inlichtingendienst achter de moord op Pim Fortuijn zat. Ik geloof ook niet dat Queen Elizabeth Prinses Di liet verongelukken in een Parijs tunneltje. Ik geloof niet dat vice president Johnson achter de eliminatie van JFK zat en ik geloof er al helemaal niks van dat George W. achter 9-11 zit.

Misschien ben ik gewoon naïef. Dat zou zomaar kunnen. Wellicht zijn al die theorieën helemaal waar en ben ik het lulletje die het gewoon niet wil geloven. Ik sluit het niet uit.

In onze eigen Formule 1 hebben we ook al jaren zo’n samenzwering theorie. Die van de Ferrari International Assistance. Ook wel bekend als FIArrari of de Ferrari-mafFIA. U kent het wel. Het komt er in het kort op neer dat de FIA en Ferrari elkaar zo nu en dan eens helpen. Duidelijke voorbeelden van deze frauduleuze oplichting zijn er natuurlijk legio. Allemaal jammerlijk onbewezen. Vandaar ook de term ‘theorie’.

Maar goed, door mijn wellicht wat naieve geest, geloof ik deze theorie dus ook niet. Ik ben geen Ferrari fan. Nooit geweest ook. Het steigerende paardje voorop doet mij niet veel. Gewoon een F1 team is het voor mij. Niks meer dan dat. Toevallig eentje met een geweldig verleden. Maar toch niet meer dan een team. En toch geloof ik niks van dat FIArrari verhaal. De voorbeelden die ik dan overal op het internet lees, lijken mij toch meer gezocht ipv gevonden.

Afgelopen seizoen echter, liet ik mij ineens verassen door een gevoel van: ‘zou het dan toch…’. U raadt het vermoedelijk al, dat was kort na Spa. Toen een paar dagen later, boefje Hamilton achter de rode tafel zakte van P1 naar P3. Dat gevoel was trouwens onterecht.  Kwam enigszins voort uit de frustratie dat ik zojuist een geweldige ontknoping van een race had gezien, maar eigenlijk toch niet. De FIA besloot namelijk dat het niet zo gebeurd was als dat ik het had gezien, maar dat Massa toch had gewonnen. Voor Nick.

Nu is de frustratie onderhand weggevaagd. We zijn een paar maandjes verder. Wat blijft is de wrange bijsmaak over een, naar mijn mening, debiele beslissing. Maar waarom zou de FIA dat opzettelijk doen?

Want dat blijft de vraag. Waarom zou de FIA baat hebben bij een nieuwe Ferrari titel? Het alternatief voor die Ferrari titel was namelijk een titel voor F1’s rising star, Lewis Hamilton. Een aantrekkelijke, welbespraakte, nette, sympathieke en razendsnelle Brit. Met andere woorden: een geweldig nieuw uithangbord voor de F1. Ook nog eens eentje die tegenwoordig tijdens de grand prix het beeld laat opluisteren door een olijk op en neer springend, niet geheel ontaantrekkelijk, maar redelijk talentloos zangeresje. Leuke bonus. Engeland is natuurlijk een hele grote autosportnatie. Een nieuwe Britse kampioen zou miljoenen extra kijkers op het Britse eiland trekken. Bedrijven, met diepe zakken, zouden opkijken. Wellicht is er wat te verdienen?

Aan de andere kant lonkte een nieuwe titel voor Maranello. Zou dat miljoenen extra kijkers hebben gelonkt? Vast niet. Zouden bedrijven, die met die diepe zakken dus, hebben opgekeken? Vast niet. Zouden die bedrijven dan wellicht op hebben gekeken van Felipe Massa? Misschien wel. Maar commercieel is Groot Brittanie wellicht interessanter dan Brazilie. Tja, Massa. Wat moet je ervan zeggen. Door de echte kenners (ik!), wordt hij wat vaak neergezet als iemand die wel hard rijdt, maar alleen van kop af aan. Inhalen kan hij niet. Terugkomen uit geslagen positie al helemaal niet. Gooi een emmertje water op de baan en Massa raakt in paniek. Die laatste race, in een nat Brazilie met immense druk, maakte natuurlijk een keihard eind aan de theorieën van al deze kenners, zoals ik dus.

Wat wel overeind blijft is dat Hamilton charisma en uitstraling heeft. Massa veel minder. Massa komt uit Brazilie. Ook zo’n illuster autosport land. Maar zelfs de wereldtitel had Massa niet in het rijtje: Fitipaldi, Piquet en Senna gezet. Want zij hadden allen wel dat charisma. Waren echte persoonlijkheden. En niet de ideale schoonzoon. Massa als held van een vervallen autosport natie? Ik kan me er niet veel bij voorstellen.

Dus terugkijkend op een bewogen jaar, heeft 2008 voor eens en voor altijd bewezen dat de F van FIA niet voor Ferrari staat. Ik verdenk de FIA wel van het nemen van beslissingen met een commerciele gedachte in het achterhoofd. Iets wat bijvoorbeeld de milde straf voor Michael Schumacher in 1997 verklaart. Een schorsing voor een paar races in ‘98 had de titelstrijd van dat jaar natuurlijk weinig geholpen. Hetzelfde geld voor het spionageschandaal. Een schorsing was wellicht op zijn plaats geweest, maar had 2008 weinig goed gedaan. Maar ik kan dat de FIA niet kwalijk nemen. Want ook ik, als fan, heb baat bij een commercieel sterke formule 1.

By peter