Coureurs mogen in geval van nood ook tussen de kwalificatie en de race van motor wisselen. De nieuwe regelgeving op motorisch gebied zorgde voor veel onduidelijkheid, maar raceleider Charlie Whiting maakte aan die onzekerheid vandaag een eind op Autosport.com.

Whiting maakte nog eens duidelijk dat er pas een straf uitgedeeld wordt wanneer een coureur een negende motor gebruikt. Tijdens het gehele raceseizoen mogen acht motoren ingezet worden. Daarbij maakt de vrijdag nu ook deel uit van het Grand Prix- seizoen. En, in tegenstelling tot wat de teams dachten, mag er tussen de kwalificatie en de race wel van motor worden gewisseld. Coureurs worden dus niet langer verbannen naar de achterkant van de startgrid als er zich na de kwalificatie een probleem voordoet met hun aandrijving.

Voorwaarde hieraan is dat een team moet kunnen aantonen dat er zich daadwerkelijk een probleem heeft voorgedaan. Wegens het reglement van motorbevriezing moet de motor vervangen worden. Dat gebeurt straffeloos, tenzij het de negende motor wordt.