1934: De eerste jarige vandaag is John Surtees. De Engelsman bewees in 1955 al bij de snelle jongens te horen, nadat hij zijn eerste race in de MotoGP 250cc had gewonnen. Een jaar later werd hij kampioen in de 500cc-klasse, iets wat hij in 1958, en 1960 opnieuw lukte. Ook de 350cc won hij driemaal: 1958, 1959 en 1960. In dat laatste jaar debuteerde hij ook op vier wielen, tijdens de Grand Prix van Monaco. Hij deed het alles behalve slecht; na een vijftiende kwalificatietijd viel hij met transmissieproblemen uit toen hij tiende reed. Een race later kon hij bevestigen, toen hij op het circuit van Silverstone tweede werd. In zijn derde race behaalde hij al zijn eerste polepositie. In het kampioenschap werd hij twaalfde met zes punten. Vanaf 1961 concentreerde hij zich volledig op de Formule 1, en in 1962 kon hij opnieuw meedoen met de top. Surtees behaalde twee podiumplaatsen en negentien punten, wat hem een vierde plaats opleverde in het algemeen klassement. In 1963 kreeg hij van Enzo Ferrari één van zijn wagens ter beschikking, en behaalde hij zijn eerste overwinning op de levensgevaarlijke Nürburgring. Opnieuw werd hij vierde in het jampioenschap. Het jaar nadien wordt Surtees’ beste seizoen. Dankzij twee overwinningen, zes podiums en veertig punten in totaal werd hij tot wereldkampioen Formule 1 gekroond. Hij is tot op de dag vandaag nog steeds de enige coureur die zowel in de Formule 1 als in de MotoGP een kampioenschap heeft gewonnen. Het jaar 1965 verliep iets minder goed (een vijfde plaats met dertien punten) en voor 1966 reed hij zowel voor Ferrari als voor Cooper. Surtees won opnieuw twee races en werd tweede, veertien punten achter Jack Brabham. In 1967 en 1968 reed hij voor Honda, met wisselend succes. In 1969 stapte hij over naar BRM, maar kon hij slechts één podium behalen. Het jaar nadien stichtte hij zijn eigen team, Team Surtees, maar sindsdien ging het alsmaar bergaf. Drie punten in 1970, drie in 1971. In 1972 schreef hij zich nog tweemaal in, maar na 114 Grand Prix’, zes overwinningen, acht poleposities en een wereldtitel gaf hij het actief racen op. Naast de Formule 1 heeft hij nog tal van andere kampioenschappen gereden en gewonnen. Zo won hij de Sebring 12hours in 1963 en de CanAm Series in 1966. Tegenwoordig werkt hij actief mee in het A1GP Team van Groot-Brittannië. John Surtees wordt vandaag 73 jaar.
1959: Marshall Teague verongelukte op de Daytona International Speedway. Hij schreef zich viermaal in voor de Indy500 (1953, 1954, 1956, 1957 en 1958), maar kon maar driemaal meedoen. In 1953 viel hij uit met een olielek, in 1954 werd hij gedeeld vijftiende en in 1957 finishte hij als zevende. In 1956 en 1958 slaagde hij er niet in zich te kwalificeren. Marshall Teague werd amper 37 jaar.
1959: De tweede jarige vandaag is Roberto Moreno. De Braziliaan debuteerde in 1982 in een Lotus, maar nadat hij zich voor de Grand Prix van Nederland niet kon kwalificeren stond hij al na één race aan de kant. In het Engels Formule 3-kampioenschap verliep het veel beter, daar werd hij zesde. In 1985 reed hij vier races mee in het Formule 3000-kampioenschap, en vijfmaal in de Champ Cars. Ook in 1986, maar toen verliep het iets minder goed. Een jaar later reed hij opnieuw mee in het Formule 3000-kampioenschap, en kon eindelijk in de top doordringen. Hij won een race en eindigde vijfmaal op het podium, wat hem een derde plaats opleverde. Als beloning werd hij door AGS opgevist om de laatste twee races in de Formule 1 mee te rijden. In Japan viel hij met technische redenen uit en in Australië werd hij mooi achtste. Voor 1988 kreeg hij geen zitje vast en besloot daarom maar om opnieuw Formule 3000 te rijden. Een goeie keuze, bleek later. Roberto Moreno werd de vierde Formule 3000-kampioen met vier overwinningen en 43 punten. In 1989 mocht hij opnieuw Formule 1 rijden, zij het wel bij rode lantaarn Coloni-Ford Cosworth. Van de zestien races kon hij er amper vier rijden, telkens viel hij uit met mechanische problemen. De overige twaalf kon hij zich niet kwalificeren. Ook in 1990 kon hij maar tweemaal starten en twaalfmaal al na de kwalificaties naar huis. In de laatste twee races kreeg hij eindelijk zijn kans; hij mocht invallen in een Benetton-Ford. Dat leverde al meteen in zijn eerste race voor het team een tweede plaats op, en kon hij de Formule 1-wereld overtuigen van zijn kwaliteiten. Voor 1991 mocht hij blijven bij Benetton en werd hij tweemaal vierde en één keer vijfde. Echter, na elf races kwam er een zekere Michaël Schumacher aan de start en een race later mocht Roberto Moreno opkrassen. Hij werd verwisselt met de jonge Duitser en werd al na twee races in de Jordan aan de deur gezet. Opnieuw kwam de Braziliaan in de achterhoede terecht, in Australië mocht hij nog eens meedoen. In een Minardi deze keer. In 1992 reed hij één race voor Andrea Moda Formula. Moreno keerde de Formule 1 de rug toe en trok opnieuw naar Amerika. In 1995 keerde hij nog één seizoen terug, bij Forti Grand Prix. Opnieuw was hij gedoemt tot achterhoedegevechten en nam hij definitief afscheid van de Formule 1. De komende zeven jaar vertoefde hij in Amerika, in de Champ Cars kon hij één seizoen meedraaien met de top; in 2000 werd hij derde. In 2005 reed hij een race in het V8 Supercar-kampioenschap in eigen land, vorig seizoen reed hij een race mee in de Indy Racing League (IRL). Roberto Pupo Moreno wordt vandaag 48 jaar.
1973: De Grand Prix van Brazilië op het Autodromo José Carlos Pace, gelegen in Interlagos. Ronnie Peterson mocht in zijn Lotus-Ford vanuit polepositie vertrekken maar moest de leiding al snel afstaan aan Emerson Fittipaldi. De Braziliaan verloor die geen ronde en na 40 ronden en 1u43’55.6 kwam hij als eerste over de streep, gevolgd door Jackie Stewart (13.5) en Dennis Hulme (1’46.4). Merzario, Ickx, Regazzoni en Ganley eindigden op één ronde van de winnaar. Lauda, Galli, Cévert en Reutemann op twee ronden terwijl Bueno de rij afsloot op vier ronden achterstand. Bij de acht uitvallers waren Ronnie Peterson (wiel na vijf ronden), José Carlos Pace (wielophanging na negen ronden) en Jean-Pierre Beltoise (elektronica na 23 ronden) de belangrijksten.
Emerson Fittipaldi behield de leiding in het kampioenschap met achttien op achttien, gevolgd door Jackie Stewart (tien punten), François Cévert en Dennis Hulme (zes punten), Jacky Ickx (vijf punten), Arturo Merzario (drie punten) en het duo Wilson Fittipaldi-Clay Regazzoni met één punt. Lotus-Ford stond met achttien punten zes voor op Tyrrell-Ford. McLaren en Ferrari volgden als derde met zes punten, Brabham en BRM hadden elk één punt.
Alles weten over Formule 1 in 2022?
Hier, op GP Pits brengt Formule 1 nieuws eneen F1 Magazine F1-seizone 2021 lees je alles over de races, voorbeschouwingen, nabeschouwingen en het brekende nieuws.
Op ons gratis forum lees je alles over formule 1 en nog veel meer. Meld je gratis aan en neem deel aan discussies over de mooiste sport van de wereld!